woensdag 29 juli 2009

Last week's highlights

Last week we've visited a number of schools, in which you could notice real differences. For example, the first school (which was about to open in the new school year) we visited was brand new and huge, and it even had its own athletics field. Somewhere else in Sichuan you see an area with temporary buildings (like containers) where you would only encounter a chalk board, tables and chairs. It's good to see though that the children can go to school, but you wonder how long they would stay on the temporary area.
 
What's the cause of one having good buildings/facilities and the other not? I noticed that it could have a relation with the school's reputation. Of a school that has achieved good results for a long time, it's alumni's have gained better positions in society which automatically improves the school's 'network'.
 
Then we also visited an old factory-area. It was close to the epicenter, so the earthquake's results were significantly visible. While we were driving to the place we saw newly build houses (like the normal houses in the Netherlands). Those looked good, but many were still empty, and close to the factory there were still families living in huts which they build with their own hands. 

During the walk through the factory area I heard that the ruins on that area would be preserved to memorize the earthquake, and that the area was bought by an organisation who wants to make it (more) accessible for tourism. I think it's good to keep it preserved so that people still know what happened, and it would also stimulate the economy there if tourists come there again. But isn't there a chance that it will be done in a commercial way and would the local economy really get a profit from this?


Express yourself instantly with MSN Messenger! MSN Messenger

Hoogtepunten van afgelopen week

Vorige week hebben we een aantal scholen bezocht, waarin je veel verschillen kon zien. Zo hadden we een gloednieuw en groot gebouw gezien, met zelfs een eigen atletiekbaan. Ergens anders zag je weer een terrein met noodgebouwtjes (net als containers) waar je alleen een een krijtbord, tafels en stoelen aantreft. Het is wel goed om te zien dat de kinderen in de regio wel naar school kunnen, maar je vraagt je wel af hoe lang ze op het tijdelijke terrein zullen blijven.
 
Hoe het komt dat de ene school wel heel goede gebouwen/faciliteiten heeft en de ander niet? Ik heb opgemerkt dat het wel te maken heeft met de reputatie van de school. Een school die lange tijd goede resultaten heeft bereikt, daarvan zijn de oud-studenten beter terecht gekomen waardoor de school een beter 'netwerk' heeft en meer voor elkaar kan krijgen.
 
Verder hebben we een gebied bezocht waar een fabriek stond. Het was dichtbij het epicentrum, dus de gevolgen van de aardbeving waren goed zichtbaar. Terwijl we naar de plek reden zagen we vaak nieuw gebouwde huizen (net als eengezinswoningen in Nederland). Deze zagen er wel goed uit, maar veel was nog steeds leeg, en dichtbij de fabriek zaten nog steeds families in zelfgemaakte hutjes.
 
Tijdens de rondleiding in het fabriek-gebied hoorde ik trouwens dat de overblijfselen op het terrein behouden blijft ter herinnering van de aardbeving, en dat het was opgekocht door een organisatie die het toegankelijk(er) wilt maken voor toerisme. Naar mijn mening is het aan de ene kant wel goed omdat men dan weet wat er voor verschrikkelijks is gebeurd, en het goed is voor de economie als er (weer) meer toeristen komen. Maar wordt het zo niet te commercieel aangepakt en zal de lokale bevolking er economisch gezien werkelijk van kunnen profiteren? 
 
 
 
 


See all the ways you can stay connected to friends and family

vrijdag 17 juli 2009

Bloggo Numero Uno - Bijna

Het was lange tijd stil op mijn blog-pagina, en 1000 maal sorry hiervoor! Maar hier is hij dan ein-de-lijk (tromgeroffel): mijn eerste blog, in extra lange uitvoering! Het zijn nog twee nachtjes slapen, plus één slapeloze in het vliegtuig ;), en dan begint er een intensieve periode van ervaringen. Ik zal eerst nog kort over mezelf vertellen: 25 jaar en wonende in een stad aan de Maas, telg van de familie Limin en student International Leisure Management. Zo, genoeg over mezelf :).

Wat ik verwacht van deze reis? Ik weet het eerlijk gezegd niet echt, ik weet nog niet eens half hoe het is om iemand te verliezen in een aardbeving. Ik denk dat ik veel contrasterende indrukken zal tegenkomen. Mensen die er na de aardbeving nog steeds veel moeite mee hebben om de draad weer op te pakken, maar ook mensen die met een glimlach op hun gezicht toch proberen er het beste van te maken. Misschien ook wel mensen waarbij het aan hun buitenkant lijkt of ze met zo’n instelling van ‘niets aan de hand’ weer verder zijn gegaan. Maar of het in hun hart ook zo is, dat lijkt me heel onwaarschijnlijk. Misschien hebben juist deze mensen ongelooflijk veel pijn, en dit een manier gemaakt om over hun lijden heen te komen.

Het zal heel raar zijn geweest voor de kinderen toen de scholen weer waren begonnen. Althans, ‘begonnen’? Veel scholen zijn natuurlijk geraakt door de aardbeving en moesten opgebouwd worden, waar moesten de kinderen dan heen? Velen hebben ook een dierbare verloren, of een klasgenootje. Hoe zijn de leerlingen en docenten daarmee omgegaan? En hoe is het inmiddels met de wederopbouw van scholen gelopen? Zouden de leerlingen nog ambities en dromen hebben? Het lijkt me moeilijk als je wereld instort. Letterlijk.

Bedrijven die hun zaak of hun werknemers hebben verloren, hoe hebben die het na de ramp weer opgepakt? Misschien wel met een snelle wederopbouw, of juist heel moeizaam? Wellicht hebben kleine ondernemers noodgedwongen een nieuwe weg ingeslagen. Ik ben benieuwd hoe het nu met de plaatselijke economie is. Misschien dat Nederlandse bedrijven een samenwerking kunnen aangaan? Een nieuwe kans voor beide kanten?

Misschien weet je het al, maar ik vertel hierbij dan nog een keer wat wij als groep gaan doen daar. We gaan d.m.v. film, foto’s of verhalen de situatie daar vastleggen en aan jullie laten zien. Ik doe mee aan het laatste; het schrijven van verhalen. Aan de hand van interviews met de plaatselijke bevolking hoop ik wat van hun ervaringen met jullie te kunnen delen. Er staan wel wat uitdagingen te wachten, ik spreek bijvoorbeeld geen Chinees en veel mensen zullen geen Engels spreken. Ik zal regelmatig een tolk moeten inschakelen waardoor het gesprek minder natuurlijk zal aanvoelen en dan speelt de andere cultuur ook nog een rol. Men wil misschien niet altijd meewerken of men kan opeens heel emotioneel raken. We hebben als groep wel een training gehad op het gebied van de discipline waarmee we aan de slag gaan, en bovendien hebben we elkaar als we het echt even niet meer weten, dus ik heb wel goede moed.

Jaaa dat zit wel goed met de groep. We zijn al een paar keer eerder bij elkaar gekomen. Eerst met de selectierondes, toen de kennismakingsbijeenkomsten, de trainingen en het charity-diner. Ik vind de groep heel enthousiast en divers, er zitten niet alleen Chinese jongeren bij maar ook Nederlandse of die met een Chinese roots. Er zijn studenten, werkenden en we komen uit allerlei werkvelden, van ruimteluchtvaarttechnologie en ICT tot fotografie en rechten. Voor sommigen is dit hun eerste kennismaking met ontwikkelingssamenwerking, weer anderen hebben al eerder aan een ontwikkelingsproject meegedaan of zijn zelfs al eerder in Sichuan geweest om te helpen. Als we voor elkaar openstaan weet ik zeker dat er veel bereikt kan worden in China èn Nederland.

Verder zijn we ieder ook gekoppeld aan een student van de Zi Gong Universiteit in Chengdu. Hier gaan we in de eerste week veel mee om, zodat we elkaar en elkaars cultuur echt beter leren kennen. Natùùrlijk is er een kans dat het niet klikt, dat we elkaar zelfs niet kunnen luchten. Maar dan heb je ook nog kans dat de andere deelnemers ons uit elkaar moeten trekken, zo moeilijk dat we dan afscheid van elkaar kunnen nemen. Ik hou het voorlopig maar in het midden. Nou vooruit, we hebben al goed contact met elkaar gehad via email.

Ik hoop dat ik veel mensen in Nederland kan bereiken met mijn verhalen en iets bij ze los kan maken – een traan? Een lach? Dat ze zich kunnen inleven in de mensen die ik heb gesproken tijdens deze reis en er zichzelf of iemand in hun omgeving in herkennen. Voor de mensen die ik daar spreek doet het ze denk ik sowieso wel goed dat ze weten dat hun verhalen worden gehoord, daar aan de andere kant van de wereld. Al is het het piepkleine landje Nederland. Want al zijn wij klein, wij kunnen hier wel veel bereiken voor de mensen in Sichuan. Ja toch?

Het enige wat ik nu nog wil zeggen is: Blijf ons volgen tijdens onze reis!